Anijszaad (Pimpinella anisum)
Wij kennen anijs enerzijds als een aromatische specerij en anderzijds als een waardevolle geneeskrachtige plant. De eenjarige schermbloemige komt oorspronkelijk uit het Middellandse Zeegebied en het Nabije Oosten, waar hij al in de oudheid werd gebruikt in dranken, gerechten en brood, maar ook om kamers te “begeuren”. Tegenwoordig gebruiken we de gedroogde vruchten, heel of gemalen, evenals de door stoomdestillatie verkregen etherische olie, vooral voor medicinale doeleinden en vooral in kerstbaksels. In Zuid-Europa worden ook verschillende digestieve dranken van anijs gemaakt, zoals ouzo of pastis.
Naast vette oliën en eiwitten bevatten anijsvruchten flavonen, cumarines, mineralen en, met 3 – 4 %, een vrij hoog gehalte aan essentiële oliën, met name anethol. Wetenschappelijk is aangetoond dat anijs de verwijdering van bronchiaal slijm bij aandoeningen van de luchtwegen bevordert, een krampstillend effect heeft op maag en darmen, wat wordt gebruikt om winderigheid te verlichten, bijvoorbeeld in babythee, en een antibacteriële, ontstekingsremmende werking heeft. In de volksgeneeskunde wordt anijs ook gebruikt om de melkproductie te bevorderen en de eetlust en spijsvertering te stimuleren.